Portret
Gisteren, in het theatercafé op de universiteit, kwam er een jongen op mij af. Hij had een klein schildersdoekje onder zijn arm en vroeg me of hij een portret van me mocht maken. In al mijn ijdelheid zei ik ja. Maar nu even niet, want ik moest met mijn vrienden van de cabaretvereniging mee. De jongen vroeg of ik een telefoonnummer had. Toen begon er ergens ver in mijn onderbewustzijn een alarmbelletje te rinkelen. Maar op de een of andere manier (waarschijnlijk was ik in euforische extase geraakt door het feit dat iemand een portret van mij wilde schilderen), drong dat niet helemaal tot me door. Gelukkig was ik nog zo slim om hem slechts mijn voor-spam-te-gebruiken-e-mail-adres te geven, en niet mijn telefoonnummer. De jongen kwam dichtbij me staan en keek me met glinsterende ogen aan. "Je bent wel heel erg mooi," zei hij. "Een beetje betoverend!". Ineens werd ik wakker uit mijn eigen betovering en maakte ik dat ik weg kwam bij de engerd.
Zo blijkt maar weer: jongens met schildersdoekjes onder hun arm die zomaar op je afstappen zijn niet te vertrouwen, evenmin als mijn eigen enge-mannen-alarm.
2 opmerkingen:
Waarom snap ik nou niet helemaal waarom ie zo eng was?
Geloof me, als je de blik in z'n ogen had gezien had je het begrepen.
Een reactie posten