zaterdag 12 maart 2005

Uit

Ze kwam binnen. Ze plofte neer op bed. We gaven haar een bakje ijs met hagelslag. Ze keek voor zich uit. En zuchtte. Het is uit.

Kaneel en ik kijken elkaar aan. Het is snel beslist. We nemen haar mee uit. We schenken wijn in, we draaien harde muziek, we halen de kledingkast overhoop. Zij rookt een peuk uit het raam, hoewel ze eigenlijk niet rookt. En ze zingt een beetje mee met de muziek.

Geen opmerkingen: